Extra ondersteuning
Het uitgangspunt van passend onderwijs is dat er voor elk kind een thuisnabije passende ontwikkelplek geboden wordt, ook als het kind extra ondersteuning of extra aandacht nodig heeft. Bij Pit kinderopvang&onderwijs hebben we het over passende kinderopvang en passend onderwijs. Door opvang en onderwijs te combineren en als één team vanuit één visie te werken kunnen kan er met alle activiteiten optimaal aangesloten worden bij de ontwikkelingsfasen en behoeften van het kind. Er wordt uitgegaan van de mogelijkheden van het kind en rekening gehouden met de beperkingen van het kind.
Een passend onderwijsplek kan zijn op het kindcentrum waar het kind is aangemeld, maar ook op een ander kindcentrum dat beter kan inspelen op de ondersteuning die het kind nodig heeft of in het speciaal (basis)onderwijs.
Samenwerking
Om duidelijk te maken welke ondersteuning het onderwijs kan bieden, hebben alle onderwijslocaties in Nederland een schoolondersteuningsprofiel (SOP) opgesteld. Om duidelijk te maken om welke ondersteuning dat bij een kindcentrum gaat, is er in lijn met het SOP voor het onderwijs een kindcentrumondersteuningsprofiel (KOP) opgesteld.
Kindcentrumondersteuningsteam (KOT)
Als de professionals van het kindcentrum meer informatie of deskundigheid nodig hebben om een kind de juiste begeleiding te geven of handelingsverlegen zijn, kan de expertise van het KOT worden geraadpleegd. Externe deskundigen als een orthopedagoog, een medewerker van bureau jeugdzorg en CJG helpt het kindcentrum met het vinden van de juiste aanpak of het juiste ontwikkelarrangement voor het kind. Ouder(s) worden hierbij vooraf en tijdens het proces betrokken. Ouder(s) geven toestemming voor een consult of een bespreking in het KOT.
Ontwikkelingsperspectief (OPP)
Als een kind een afwijkend onderwijsprogramma volgt en extra ondersteuning nodig heeft, dan is het noodzakelijk om zijn ontwikkelingsmogelijkheden te kennen. Daarvoor stellen we in overleg met ouder(s) binnen 6 weken na plaatsing het ontwikkelingsperspectief op (OPP). Daarin staat welke onderwijsdoelen het kind zal kunnen halen. Er worden hiervoor de volgende relevante gegevens gebruikt:
- Medische gegevens, indien van toepassing.
- Informatie over eerder verleende hulp en ondersteuning en de behaalde ontwikkelresultaten.
- Informatie over de thuissituatie, indien nodig.
- Eventueel aanvullende observaties en onderzoeken.
Als ouders(s) het niet eens zijn met het opgestelde ontwikkelingsperspectief, kunnen zij een second opinion aanvragen bij het samenwerkingsverband van het kindcentrum.
Blijkt het geschil niet oplosbaar, dan kunnen ouder(s) de bezwaren voorleggen aan de geschillencommissie ‘Toelating en verwijdering’. Deze commissie geeft binnen 10 weken een oordeel aan het bestuur van onze stichting.
Extra ondersteuningsinstanties
We kunnen indien nodig een beroep doen op ondersteunende instanties die ons helpen om samen met de ouder(s), de beste ontwikkelkansen voor een kind te creëren:
- Integrale Vroeghulp
- Samenwerkende Jeugdhulpverlening
- Het jeugdteam Hendrik-Ido-Ambacht
Jeugdgezondheidszorg
Juist bij kinderen is het goed om tijdens het groeiproces tijdig mogelijke problemen met groei, ogen of oren te signaleren. Natuurlijk is daar ook de huisarts voor beschikbaar, maar die wordt meestal pas ingeschakeld als er gezondheidsklachten zijn. De jeugdarts en de jeugdverpleegkundige zijn de deskundigen bij uitstek als het gaat om de lichamelijke, psychische en sociale ontwikkeling van kinderen. Kinderen worden twee keer onderzocht (in groep 2 en groep 7).
Groep 2 (5-6 jaar)
Om een zo goed mogelijk beeld te krijgen van de gezondheid van een kind, wordt aan de ouder(s) gevaagd om een digitale vragenlijst in te vullen. De antwoorden op deze vragen, worden opgenomen in het digitale dossier van het kind en worden vertrouwelijk behandeld.
Het gezondheidsonderzoek van kinderen uit groep 2 bestaat uit de volgende onderdelen:
- Meten lengte en gewicht en controle ogen en oren.
- Een afspraak van de ouder(s) met de jeugdarts.
- Het invullen van een observatielijst door de leerkracht
- De antwoorden uit de vragenlijsten, de resultaten van de meting en/de observaties van de leerkracht kunnen aanleiding zijn om de ouder(s) en het kind uit te nodigen voor een vervolggesprek.
Groep 7 (10-11 jaar)
Om een zo goed mogelijk beeld te krijgen van de gezondheid van een kind, wordt aan de ouder(s) gevaagd om een digitale vragenlijst in te vullen. De antwoorden op deze vragen worden opgenomen in het digitale dossier van het kind en worden vertrouwelijk behandeld.
Het gezondheidsonderzoek van kinderen uit groep 7 bestaat uit de volgende onderdelen:
- Meten lengte en gewicht.
- Indien nodig, controleren bloeddruk.
- Het invullen van een observatielijst door de leerkracht.
- De antwoorden uit de vragenlijst, de resultaten van de metingen en/of de observaties van de leerkracht kunnen aanleiding zijn om de ouder(s) en het kind uit te nodigen voor een vervolggesprek.
Schoolmaatschappelijk werk
Schoolmaatschappelijk Werk is bedoeld voor kortdurende, laagdrempelige hulp:
- Zit een kind niet zo lekker in zijn vel?
- Zijn er opvallende veranderingen te zien in zijn gedrag?
- Heeft een kind weinig vrienden?
- Wordt een kind gepest?
- Maakt een kind zelf ruzie?
- Is een kind opeens erg afstandelijk tegen anderen?
Schoolmaatschappelijk Werk van Stichting Maatschappelijk Welzijn biedt hulp bij deze en andere problemen. Centraal bij die hulp staat de relatie tussen de pedagogisch medewerker, leerkracht, het kind en de ouder(s). In samenspraak met de leerkracht en de intern begeleider, kan een beroep worden gedaan op deze dienstverlening. Schoolmaatschappelijk Werk speelt ook een belangrijke rol in het KOT.
Logopedie
De logopedist komt eenmaal per onderwijsjaar observeren in groep 1 en 2. Kinderen die opvallen vanwege spraak- en taalontwikkeling, worden kort nader onderzoek op eventuele spraak- en/of taalontwikkelingsproblemen. De logopedist rapporteert dit aan de ouder(s). Er worden adviezen voor de aanpak van eventueel geconstateerde problemen gegeven. Indien nodig wordt een kind doorverwezen naar een particuliere logopedist voor een behandeling.
Behandeling op het kindcentrum
De mogelijkheid bestaat om het kind op het kindcentrum behandeld te laten worden door een particuliere logopedist. Dit wordt betaald door de zorgverzekering, maar hiervoor is wel een verwijsbrief van een huisarts of specialist nodig. Het voordeel hiervan is, dat het kind minder lessen mist en er een korte communicatielijn is tussen de logopedist en het team van De Meander. Binnen het kindcentrum wordt samengewerkt met logopediepraktijk Punt uit Zwijndrecht.
Extern onderzoek of begeleiding of initiatief van ouders
Het is mogelijk dat er door de ouder(s) zelf een onderzoek wordt ingezet naar de mogelijke problematiek van een kind of dat er privé een remedial teacher wordt ingezet. Wanneer hier sprake van is, is het belangrijk om dit te delen met de professionals van het kindcentrum. Het kan van betekenis zijn voor het aanbod en de aanpak binnen het kindcentrum.Binnen de grenzen van de mogelijkheden van de begeleiding, wordt gedaan wat haalbaar is om tegemoet te komen aan de ontwikkelbehoefte van een kind. Op basis vaneen privé-onderzoek kan geen aanspraak worden gemaakt op speciale begeleiding binnen het kindcentrum. Het volgen van remedial teaching onder onderwijstijd is in principe niet toegestaan, maar in uitzonderlijke gevallen, na overleg met de intern begeleider, kan hiervoor bij het bestuur toestemming worden gevraagd.
Meergetalenteerde kinderen
Uit de toets- en observatiegegevens en gesprekken met de ouder(s) kan het vermoeden zijn dat een kind een ontwikkelingsvoorsprong heeft of dat bij een kind uit één van de hogere groepen sprake is van begaafdheid. In dat geval wordt het Digitaal Handelings Protocol Hoogbegaafdheid ingevuld.
Als het vermoeden bevestigd wordt, krijgt het kind een aangepast aanbod of specifieke aanpak. De leerstof wordt gecompact en daarnaast wordt in de resterende tijd verrijkende leerstof aangeboden. Het kind krijgt vanaf groep 6 de mogelijkheid om een dagdeel per week deel te nemen aan de Asterisk*-groep. Hier krijgen kinderen met andere begaafde kinderen een specifiek aanbod.